In 2018 deed ik mijn eerste Bootz wandelreis naar Noord-Ierland en werd ik bekend met het concept ‘groepsreizen’. Als je dit nog nooit gedaan zou hebben: het is een dikke, vette aanrader! Ik heb er echt toffe vriendschappen aan overgehouden. Je gaat op reis met mensen die dezelfde interesses hebben, waardoor er vaak meteen een klik is. De groepssfeer die er gecreëerd wordt, is vaak uniek en zo’n reis lijkt dan ook een onwerkelijke droom die voorbijvliegt. \r\nEen favoriete bestemming vind ik moeilijk om te benoemen, want alles is zo divers en mooi op zijn eigen manier. Vandaar dat ik ook graag nieuwe bestemmingen wil ontdekken. Scandinavië en Zuid-Europa heb ik al met veel plezier uitgebreid verkend, en nu valt mijn oog meer op onverkend terrein zoals Oost-Europa en verre bestemmingen. Als taalkundige ben ik ook echt geïnteresseerd in verschillende talen, culturen en de geschiedenis van een land. Ik vind het ook altijd leuk om telkens een paar woordjes van de lokale taal te leren. Reizen is voor mij dus echt een spannende ontdekkingstocht. \r\nDus, let’s go on an adventure!
De meeste van onze reizen worden begeleid door een Nederlandstalige Bootz-begeleid(st)er, die instaat voor de praktische organisatie van de reis. Ze zijn geselecteerd op basis van hun ervaring met groepen, hun sociale vaardigheid en organisatietalent. Vaak beschikken ze over kennis van het land en de cultuur, van de gebruiken.
De begeleid(st)ers zijn de sleutelfiguren voor het welslagen van de reis. Zij staan in voor de praktische organisatie en fungeren vaak als tolk tussen de inheemse bevolking, evt. gidsen en de groep. Ze fungeren echter niet als kunsthistorische gids.
Ook binnen de groep vervult de begeleid(st)er een belangrijke rol. Een reisgroep is nl. toevallig samengesteld en het enige dat de deelnemers voorlopig gemeen hebben, is hun zin om die bepaalde reis te maken. De persoonlijkheid van de begeleid(st)er is hierin van kapitaal belang. Daarom stellen wij hoge eisen aan deze mensen en proberen hen door vormingsdagen en door overleg met de kantoorploeg tot een team te smeden.
Voor enkele bestemmingen waar de taal weinig problemen kan stellen, doen wij soms beroep op plaatselijke Frans- of Engelstalige gidsen met een grondige kennis van de streek.”